Voorlopig is het gebruik van staalslakken in de Ooster- en Westerschelde verboden. Demissionair staatssecretaris Thierry Aartsen (Infrastructuur en Waterstaat) heeft dit besluit genomen na herhaald aandringen van dertien Zeeuwse gemeenten.
Staalslakken zorgen al jaren voor maatschappelijke onrust. Sinds 2009, toen duikers protesteerden tegen het gebruik ervan, wordt er actief gestreefd naar een verbod op toepassing in de Zeeuwse wateren. De NOB en andere organisaties zetten zich sindsdien in voor een verbod vanwege zorgen over mogelijke schade aan natuur en volksgezondheid.
De recente oproep van de Zeeuwse gemeenten heeft geleid tot een tijdelijke stop: tot eind juli 2026 mag Rijkswaterstaat geen staalslakken gebruiken in de Ooster- en Westerschelde. Staatssecretaris Aartsen noemt deze ‘staalslakkenpauze’ een kans om met regionale partijen in gesprek te gaan en aanvullend onderzoek te verrichten, mits daar concrete aanleiding toe is. Tegelijkertijd benadrukt hij dat er tot op heden geen wetenschappelijk bewijs is voor negatieve effecten van staalslakken in zout water.
Wat dit besluit betekent voor de geplande versterking van de vooroevers op zeven locaties in 2027 is nog onduidelijk. Mocht dit project doorgaan, dan zal het volgens Aartsen onder strikte voorwaarden en met extra zorgvuldigheid moeten plaatsvinden. Welke voorwaarden dat precies zijn, is nog niet bekend.
