Sluiting verwacht voor 6 ijsbanen en 200 zwembaden bij nieuw energiecontract

Door de extreme stijging van de energieprijzen dreigt nog dit jaar sluiting van 6 tot 8 van de 22 kunstijsbanen in ons land. Ook zullen ongeveer 200 van de 637 openbare zwembaden in de loop van 2022 niet meer te exploiteren zijn. De betrokken zwembad-ondernemers zullen hun opdracht terug moeten geven aan de gemeente waarvoor zij werken. Het gaat in alle gevallen om accommodaties die een vast energiecontract hebben dat eind dit jaar afloopt. Dat blijkt uit een inventarisatie van de betrokken werkgeversorganisaties en sportbonden. Versnelde verduurzaming biedt een oplossing, waarbij een noodfonds noodzakelijk is ter overbrugging.

De stijgende energielasten vormen voor alle sportaccommodaties een groot probleem, maar voor zwembaden en kunstijsbanen is de kostenstijging bepalend voor de overlevingskans. De energielasten vormen normaal gesproken voor ijsbanen 15 tot 20 procent van de exploitatie, maar dit kan na het aflopen van een vast energiecontract stijgen tot 50 procent.

Energielasten grote bedreiging voor sport. Schaatsen en zwemmen hardst geraakt

Van de 637 openbare zwembaden in ons land zullen er 200 voor het einde van dit jaar voor onoverkomelijke financiële problemen komen door het aflopen van hun vaste energiecontract. Dat blijkt uit de gegevens van de Werkgeversvereniging in Zwembaden en Zwemscholen (WiZZ). Mogelijk zal ook een aantal van de door gemeenten zelf geëxploiteerde zwembaden niet overeind kunnen blijven. Teun van Etten, voorzitter WiZZ: “Ik weet dat er op dit moment al baden in overleg zijn met gemeenten over sluiting. Dit is een rampzalig scenario voor miljoenen Nederlanders die in hun eigen buurt zwemlessen volgen, revalideren of sportief zwemmen.”

Totale lastenstijging: 378 miljoen euro

In 2023 zullen de overige kunstijsbanen en zwembaden opnieuw een energiecontract moeten afsluiten. Bij de huidige prijsstijgingen krijgen ook zij dan te maken met kosten die zo extreem zijn dat ze onmogelijk door  een duurder kaartje of nog meer subsidie gedekt kunnen worden. Gezamenlijk krijgen de Nederlandse ijsbanen en openbare zwembaden over 2022 en 2023 door de energieprijzen te maken met een lastenstijging van 378 miljoen euro. De schaatsbond KNSB en zwembond KNZB vrezen verregaande verarming van het Hollandse sportlandschap wanneer er geen maatregelen worden genomen: “Schaatsverenigingen zijn ’s winters volledig afhankelijk van de kunstijsbanen. Als die sluiten, kunnen hun 40.000 leden en de ruim 200.000 andere wekelijkse schaatsers buiten verenigingsverband nergens anders heen,” aldus Herman de Haan, directeur-bestuurder van de KNSB. De KNZB vreest voor de toegankelijkheid van het zwemmen voor alle Nederlanders. Directeur Aschwin Lankwarden van de KNZB: “Zwemmen is uiteraard heel gezond, maar het is ook van groot belang voor de veiligheid in ons waterrijke land dat mensen blíjven zwemmen. We zeggen niet voor niets: zwemmen is voor iedereen. Het zwembad in de eigen omgeving is daarom onmisbaar.”

Het risico op serieuze en blijvende verarming van sport in de volle breedte is groot

– Marc van den Tweel, algemeen directeur NOC*NSF

Verduurzaming en noodfonds

Een structurele oplossing voor het probleem is het verduurzamen van de energiehuishouding van de accommodaties. Het kabinet heeft ruim 3,5 miljard euro uitgetrokken voor de verduurzaming van maatschappelijk vastgoed. Dennis van Rijswijk, voorzitter VKN (Vereniging Kunstijsbanen Nederland): “Door de extreme prijzen voor gas en elektriciteit zijn de investeringen in verduurzaming binnen één tot vijf jaar terug te verdienen. Maar dan moet er wel voorzien worden in de overbrugging om accommodaties gedurende die tijd in de lucht te houden.”

 Verarming sport in de volle breedte

De energieprijzen zijn op dit moment bepalend voor het voortbestaan van zwembaden en ijsbanen, maar bedreigen ook andere sportaccommodaties en -organisaties. Lodewijk Klootwijk, directeur POS (Platform Ondernemende Sportaanbieders): “Miljoenen Nederlanders sporten bij fitness-scholen en andere sport-aanbieders; daar is het probleem natuurlijk minstens zo acuut. Deze ondernemers hebben vaak hun privévermogen al aan  moeten spreken en zij kunnen in principe nog niet rekenen op steun vanuit de overheid. “

Marc van den Tweel, algemeen directeur NOC*NSF: “Het risico op serieuze en blijvende verarming van sport in de volle breedte is groot. Als accommodaties noodgedwongen moeten sluiten, zelfs al is dat maar tijdelijk, kunnen  verenigingen hun leden niets meer bieden. De coronacrisis heeft geleid tot ernstige vermindering van sportdeelname en daarmee beweegarmoede, met alle gevolgen van dien. We kunnen ons niet permitteren dit te laten gebeuren. Verduurzaming is de oplossing op de lange termijn; de sport moet minder afhankelijk worden van energiepolitiek. Maar geef clubs en accommodaties de tijd én de middelen om hun voortbestaan veilig te stellen.”